Kort geleden kwam ik al zappend bij een filmscène terecht waarin een onzekere, blanke rapper zich waar moest maken voor een zwart publiek. Hij slaagt met glans, wordt toegejuicht en als een held op de schouders genomen. In zijn vreugde zet hij stoer de muts van zijn witte trainingspak op. Een puntmuts… In één klap keert het gunstige tij zich tegen hem. De woedende menigte weet hem bijna te lynchen. Want ‘Witte Puntmuts’, dat staat voor ‘Ku Klux Klan’!
Zo ongeveer vergaat het Zwarte Piet op dit moment. Eén aspect van een gevierd personage wordt uitgelicht en staat plotseling symbool voor allerlei gruwelijkheden uit het verleden.
Hetze
Mijn kinderen, zichtbaar het product van een zwarte, Surinaamse vader, ergeren zich groen en geel aan deze ‘hetze’ tegen de hoofdrolspelers van een traditioneel en nationaal feest, waar zij als kind elk jaar opnieuw verlangend naar uitkeken. Hun associaties met Zwarte Piet zijn die van een gulle gever, grappenmaker, waaghals en noem zo nog wat positieve eigenschappen op. Voor zover ze zichzelf überhaupt zouden associëren met deze vrolijke Frans, dan hooguit in gunstige zin. In niets doet deze Piet hen denken aan de lijdensweg, die vele mensen moesten en nog steeds moeten ondergaan door het machtsmisbruik van anderen.
Slavernij is van alle tijden en in die zin niet te bagatelliseren. Maar hier zijn kaf en koren jammerlijk verward.
Hoe kun je kaf van koren onderscheiden?
Wij zijn als mens meer dan de optelsom der delen. Alles wat we zien, proeven, voelen, horen en ruiken ‘vertaalt’ zich via de eigen ziel. De één bakt daar een leuker verhaal van dan de ander. Een levenskunstenaar omarmt goedgemutst de overvloed; dwars door de waan van de dag heen blijft hij oog houden voor alle kleurrijke kanten en varianten van het bestaan. Hij weet te relativeren en maakt van een mug geen olifant, maar laat die twee liever samen lekker stampen over de brug naar de overkant.
De meeste mensen koesteren zich graag in zo’n kunstenaarsgezelschap. Ze worden er vrolijk van en vergeten hun problemen. Zo’n zelfde effect heeft Zwarte Piet op kinderen. Met Zwarte Piet valt er nog ‘s wat te lachen! Hij verwent je, houdt van je zonder voorwaarden en zadelt je nooit op met het idee, dat je hem zou moeten zien als zielig, als ‘misbruikt en vernederd slachtoffer.’
Hoe kan dit beeld dan in godsnaam ontstaan?
Elk verschijnsel kent zijn tegendeel. Yin en yang, wit en zwart, alles of niets. Tegenover de levenskunstenaar die de wonderen des levens omarmt staat de tobber, de grote afsplitser en fragmentenverzamelaar, die zich vastklampt aan één aspect uit het grote geheel en daar zijn hele identiteit aan ophangt: “ik ben De Directeur”. “Ik ben Lelijk”. “Ik ben Het Slachtoffer”. Overal en altijd. Hij verschuilt zich achter dat ene fragment, verbeeldt zich dat hij alleen dát nog is en slaat de hele wereld daarmee om de oren. Te pas en te onpas. En zo ziet hij anderen ook, als een uitvergroting van één element. “Jij bent Oud”. “Jij bent Fout”. “Jij bent een Heuler met de Slavernij”. En zo neemt één symbool de plaats in van de wijdse ruimte die het universum biedt: de kokervisie.
Onvolwassen gedrag
Voor Het Slachtoffer kan alles tot wapen dienen. Zelfs een stortbui zit hem dwars: de schuld van de wolken.
Elk Slachtoffer veronderstelt ook een Dader: zijn oorzakelijk tegendeel. En als de één aanvalt gaat de ander in de verdediging. “Jij hebt mijn geluk afgepakt”. “Niet waar, dat heb jij zélf in de regen laten vallen”. “Maar dat kwam omdat ik van jou schrok.” “Is dat mijn schuld? Jij gemenerik!” “Wie, ik??!”
Zo ontstaat Het Conflict, waarbij de rollen constant wisselen. Slachtoffer wordt Dader, Dader wordt weer Slachtoffer. En de Bemiddelaar ondertussen maar sussen, pappen en nathouden.
Samengevat: onvolwassen gedrag.
Woorden hebben kracht. Ze kunnen inspireren of demotiveren. Sterker, ze kunnen zelfs demoniseren, en zo van een klein detail een groot en collectief kwaad maken. Voorbeelden te over, van Holocaust via de Tutsi’s en Hutu’s tot aan de oorlogen in het Midden Oosten. Allemaal begonnen vanuit een idee, een opvatting, en het besef dat als je er maar luid en vaak genoeg mee aan de weg timmert, steeds meer mensen het ook gaan geloven. Stereotypering die tot vooroordelen leidt. “Joden zijn herkenbaar aan hun grote neus en hebzucht. Weg ermee!” Vooroordelen leiden op hun beurt weer tot discriminatie of zelfs racisme. Altijd aangezwengeld door het vermeende Slachtoffer, die ergens ‘last’ van heeft en zijn innerlijke frustraties via de buitenwereld uit de weg wil ruimen, zonder de weerkaatsing van zijn eigen ziel te zien. Hannah Arendt noemde dat ‘de banaliteit van het kwaad’.
Gelukkig sneuvelen veel vooroordelen in de kiem. Dan ziet de wereld de onzin ervan in en blijft het idee hooguit hangen als een ‘grapje’. Degene die verzucht: “ach, waren blondjes maar herkenbaar aan hun haarkleur…” hoeft het woord ‘dom’ niet eens meer te noemen.
Vaak is bij oprispingen van haat of vooroordeel dan ook de beste reactie: niets doen. Zonder oorzaak geen gevolg en geen gevolg zonder oorzaak. Alleen datgene, waar we de aandacht op blijven richten zal navenant groeien: dan wordt de mug een stampende olifant en vergeten we gaandeweg, dat onze gedachten niet het ding zélf zijn, maar daar hooguit naar verwijzen. ‘Ik vind deze vaas mooi, jij vindt hem lelijk’. Oké. Maar de vaas is gewoon de vaas, een neutrale realiteit.
Angst
Sommige gedachten ‘triggeren’ ons meer dan andere. Vooral een appèl op ons schuldgevoel doet de angst toenemen. Angst die de tegenpartij aanvoelt en die zijn eigen gevoel van macht kan opzwepen. Dan gaat hij ineens ook letterlijk in de aanval: hij slaat de vaas aan diggelen, vanuit de illusie dat dit iets oplost en hij ‘het recht’ aan zijn kant heeft staan. De gedachte is nu omgezet in een daad, en daarmee verworden tot bittere werkelijkheid: de self fulfilling prophecy van een oorlogssituatie. En zo heeft Het Slachtoffer zich schuldig gemaakt aan dat, wat hij juist wilde bestrijden: geweldsmisbruik en onderdrukking. En met voldoende aanhangers kan deze banale kleinzieligheid uitgroeien tot een groot maatschappelijk kwaad.
Zover is het bij Zwarte Piet nu nog niet. Maar de aanhouders in de ogen kijkend, zou het die kant weleens op kunnen gaan.
Wat levert een aanval op het bestaansrecht van Zwarte Piet op? In elk geval geen Walhalla. Gezinnen die het Sinterklaasfeest vieren (dus blank én zwart) krijgen een schuldgevoel aangepraat. Genieten van Zwarte Piet mág niet meer, want Het Slachtoffer claimt, daaronder te lijden. Hij wil de Piet-aanhangers dwingen, deze én zichzelf voortaan alleen nog te zien als een verlengstuk van het slavernijverleden. Dat ‘verleden’ is een belangrijke voorwaarde, want de huidige slavernij los je met een verbod op Zwarte Piet natuurlijk niet op. Daar zijn andere acties voor nodig. Het gaat Het Slachtoffer dan ook niet zozeer om een oplossing, maar om een uitlaatklep voor zijn frustraties. En daar dient Schuld voor: in dit geval de schuldige bevolking van Nederland. Die voelt zich aangevallen, krijgt de pest in en slaat terug. Ineens gaat iedereen – blank én zwart- Zwarte Piet inderdaad met slavernij associëren; de blik wordt versmald tot één aspect, en de zwarte medemens teruggebracht tot een tegenmens, want de klacht komt uit die hoek. Ik houd mijn hart voor mijn kinderen al vast.
Koren op de molen
Het is nu spitsuur voor de Bemiddelaars – zie de Verenigde Naties. Koren op de molen van Het Slachtoffer. Zijn belang neemt toe! Eindelijk wordt zijn Lijden serieus genomen. Hij zal de wereld eens een poepie laten ruiken.
Ik zei het al: onvolwassen gedrag.
Oh, ik begrijp het wel. Wie het uitschreeuwt is niet gelukkig. Gelukkige mensen verspreiden liefde, ongelukkige mensen doen een beroep op liefde – hoe gek dat er soms ook uitziet, als aanval of als schreeuw. Ongelukkige mensen zoeken een uitweg voor hun angsten, en soms slaan ze er dan -ook letterlijk- op los. Maar iets oplossen doet het niet. Het is een vergissing; het neemt je innerlijke pijn niet weg. Levenskunst -‘geluk’- bereik je door te kijken zonder oordeel.
Natuurlijk, binnen iedere samenleving zijn zaken gaande, die beter hadden gekund. Maar die nemen we niet weg door kwaad met kwaad te gaan vergelden. Alleen liefde levert iets op. En Zwarte Piet is een mooi voorbeeld van Liefde. Zet hem alsjeblieft geen witte puntmuts op.